Met een eigen plekje heeft een kind de mogelijkheid om zich even terug te trekken als het daar behoefte aan heeft, om even helemaal zichzelf te kunnen zijn, of waar hij zich op z’n gemak voelt en waar hij gezellig met vriendjes kan spelen. Met het inrichten van de eigen kamer, of een gedeelde kamer, kan een kind zijn eigen identiteit en voorkeuren ontdekken en uitdrukken. Het is een plekje helemaal voor het kind en door het kind (gedeeltelijk) ingericht. Met een eigen plekje kan een kind de basis van zijn eigen grenzen leggen.
Wanneer een kind geen eigen plekje in huis heeft kan dit problemen geven wanneer bijvoorbeeld het kind zelf of de ouders of een van de ouders zelf niet goed in hun vel zit. Of wanneer de ouders in een (v)echtscheiding zitten en het kind in een spagaat zit tussen beide ouders. Een eigen plek geeft dan de mogelijkheid voor het kind om zich even terug te trekken op neutraal terrein.